Boos, bang en verdrietig. Een op de vijf jongeren zegt regelmatig tot vaak stress te voelen als ze aan de klimaatcrisis denken. Hoe geven we leerlingen een handelingsperspectief om zélf verandering te maken? Op het VO-congres, dat op 11 april plaatsvond, gaven Eco-Schools Nederland en Coöperatie Leren voor Morgen handvaten om leerlingen zelf aan het roer te zetten. Overkoepelend op die dag doken we in de belevingswereld van de huidige generatie leerlingen: Generatie Z, geboren tussen 1997 en 2010, en Generatie Alpha, geboren na 2010. Hoe kunnen we juist hen bereiken met programma’s als Eco-Schools en SustainaBul VO?
Groeiende zorgen onder jongeren
Een opvallend onderwerp dat tijdens het congres werd aangestipt zijn de groeiende zorgen onder jongeren over klimaatverandering. Ongeveer één op de vijf jongeren ervaart regelmatig tot vaak stress bij het denken aan de klimaatcrisis. Ze voelen zich machteloos en moedeloos of slapen slecht. Specifiek generatie Z en Alpha worden vaak omschreven als tegelijkertijd kwetsbaarder en mondiger, opener en behoudender, zelfbewuster en zwaarmoediger dan eerdere generaties. Het is duidelijk dat er een overvloed aan gedachten en gevoelens in hun hoofden omgaat. Terwijl de wereld aan hun voeten ligt, ervaren velen van hen ook een grote prestatiedruk, fear of missing out en zorgen over de toekomst, zoals ‘kan ik straks nog wel een woning vinden’?
Om te voorkomen dat leerlingen in negativiteit en passiviteit vervallen, is het van groot belang dat scholen niet alleen kennis overbrengen, maar ook handelingsperspectief bieden. Scholen vormen de ideale proeftuin voor leerlingen om vanuit hun interesse, kwaliteiten en kennis in actie te komen. Door aandacht te geven aan deze zorgen en er een handelingsperspectief tegenover te zetten als tegengif. Maar hoe kunnen schoolorganisaties deze toekomstmakers in hun kracht zetten? En wat voor rol kan jij als bestuurder, docent of MT-lid nemen?
Actie in plaats van woorden
Generatie Z en Alpha zijn activistische generaties, ze willen graag in actie komen. Daarom is het, zoals keynote speaker Hajar Yagkoubi benadrukte, belangrijk dat we hier de ruimte voor bieden. Geen lege woorden maar practice what you preach / teach! “Wat gaan we eraan doen?” is wat de jongeren van nu bezighoudt. Het is belangrijk dat ze op de schouders van millenials kunnen staan en van bewustzijn naar actiegericht gaan.
Het betrekken van leerlingen bij duurzaamheid gaat verder dan alleen het uitvoeren van activiteiten; het draait om het creëren van een cultuur waarin duurzaamheid centraal staat. Leerlingen moeten zich gehoord en gesteund voelen in hun streven naar een duurzamere wereld. Hierin moet voldoende ruimte zijn om duurzaamheid vorm te geven op een manier die bij hen past en om ruimte te geven aan hun eigen ideeën.
Deze kenmerken van deze generaties sluiten naadloos aan bij de groeiende aandacht voor burgerschap in het onderwijs. Er liggen daardoor kansen om dit in gezamenlijkheid op te pakken. Werken aan duurzaamheid betekent in deze context dat leerlingen burgerschapsdoelen in de praktijk kunnen brengen!
Gen-Z in hun kracht zetten
Binnen de Coöperatie Leren voor Morgen werken 150 organisaties (waaronder onderwijsinstellingen) samen om duurzame ontwikkeling te verankeren in het onderwijs. Hierbij ligt de focus niet alleen op het ondersteunen en faciliteren van docenten, maar ook op het inspireren van bestuurders en directeuren om duurzaamheid integraal op te nemen in de schoolcultuur. Ook Eco-Schools werkt vanuit integrale duurzaamheid.
Tijdens workshop werden daarom concrete handvatten geboden voor een integrale duurzaamheidsaanpak, waarbij de inzet van leerlingen een centrale rol speelt. Daarvoor waren er tijdens de workshop vijf leerlingen van verschillende scholen aanwezig. Zij zijn onderdeel van verschillende Eco-teams. Zij deelden hoe ‘student-led change’ er voor hen in de praktijk uitziet. Ze deelden voorbeelden van acties die zij op hun scholen hebben opgezet, maar ook wat zij als leerlingen nodig hebben van de aanwezige docenten en schoolbestuurders om door te gaan . De leerlingen ervaren het bijvoorbeeld als heel normaal om een herbruikbare fles te gebruiken, omdat de school veel watertappunten had neergezet. Ook vragen ze van hun docenten en schoolbestuurders ruimte in actie te komen en te laten zien wat zij doen, door bijvoorbeeld posters op te plakken of een jaarlijkse duurzaamheidsweek te organiseren.
Samen met de leerlingen gingen de deelnemers aan de workshop zelf aan de slag, volgens de werkwijze van de SustainaBul door het delen van good practices. Aan de hand van de Whole School Approach verzamelden ze wat er op hun school al gebeurt aan duurzame ontwikkeling, en waar ze nog stappen kunnen zetten. Zo gingen de deelnemers naar huis met zeer diverse actiepunten voor hun eigen school: van het starten van een ruil -of weggeefkast tot het agenderen van duurzaamheid in de eerstvolgende teamsessie en werkoverleggen.
Actief bijdragen aan duurzaamheid op school
Geïnspireerd om zelf aan de slag te gaan? Als school kun je actief deelnemen aan Eco-Schools, waarbij je samen met leerlingen een Eco-team opzet. Binnen dit programma zet je leerlingen aan zet en krijgen zij de mogelijkheid om zelf actie te ondernemen en een positieve invloed uit te oefenen op de school en de schoolomgeving.
Ook kun je deelnemen aan de SustainaBul VO, een coöperatieve vragenlijst waarmee je inzicht krijgt in de duurzaamheid van jouw school en waarbij scholen van elkaar kunnen leren door het delen van best practices. De SustainaBul is zo ingericht dat beginnende scholen en scholen die al langer met duurzaamheid bezig zijn, allebei inzicht krijgen in welke volgende stap passend is. Je kunt de vragenlijst ook gebruiken als nulmeting en gespreksstarter.